Mijn jongste zoon leert viool spelen. En het is vooralsnog een gepiep en gekraak in huis. Twee keer per dag tien minuten oefenen. Mijmer … hoe zorg ik er nou voor dat hij op een ontspannen manier viool leert spelen en dat hij met dit instrument niet in de leeuwenkuil van Goed en Fout terecht komt?
Mijn zanglerares heeft me hierbij geholpen. Met haar maakten we alle klanken die er waren en elke klank had zijn eigen op zichzelfstaande schoonheid. Met onze stem maakten we gekke piep en brom geluiden en luisterden er vooral heel goed naar. Niet vanuit een externe gouden standaard van 'mooi en niet mooi', nee vanuit de klank zelf.
Stel je eens voor dat je op elke snaar tien duizend verschillende klanken kan maken. Daarbinnen zijn er klanken gedefinieerd die meer of minder makkelijk in het gehoor liggen. Misschien moet de leerling wel al die tien duizend mogelijkheden uit proberen en ontdekken, om uiteindelijk die klank te maken die hij mooi vindt. En daarom moet ik hem de gelegenheid geven om al die klanken zelf te onderzoeken. En als je op deze manier naar die klanken kijkt, dan zijn het geen fouten, maar zijn het variaties op elkaar, waar hij uiteindelijk uit kan kiezen.
Mijn andere zoon leert tennissen en daarbij is het al niet veel anders. Ook de bal kun je wel op tienduizend verschillende manieren op je racket krijgen en hier geldt hetzelfde. Proberen, proberen eindeloos uitproberen, zodat je uiteindelijk al die verschillende manieren gevoeld hebt en van daaruit zelf kan bepalen welke slag je maakt.
Wanneer we beginnen met iets nieuws, dan zoeken we eigenlijk direct naar de externe Gouden Standaard. En als we les krijgen, dan vertellen onze docenten onmiddellijk wat de Gouden Standaard is. Dus HOE HET MOET. (Deed ik zelf overigens ook toen ik nog in het onderwijs werkte!) Is het niet veel beter om ons kind zelf die Gouden Standaard te laten zoeken? Pas dan wordt het Authentiek. Niet teveel aantrekken van de NORM… maar het kind direct de vrijheid geven om op onderzoek ut te gaan!
Mijn zanglerares heeft me hierbij geholpen. Met haar maakten we alle klanken die er waren en elke klank had zijn eigen op zichzelfstaande schoonheid. Met onze stem maakten we gekke piep en brom geluiden en luisterden er vooral heel goed naar. Niet vanuit een externe gouden standaard van 'mooi en niet mooi', nee vanuit de klank zelf.
Stel je eens voor dat je op elke snaar tien duizend verschillende klanken kan maken. Daarbinnen zijn er klanken gedefinieerd die meer of minder makkelijk in het gehoor liggen. Misschien moet de leerling wel al die tien duizend mogelijkheden uit proberen en ontdekken, om uiteindelijk die klank te maken die hij mooi vindt. En daarom moet ik hem de gelegenheid geven om al die klanken zelf te onderzoeken. En als je op deze manier naar die klanken kijkt, dan zijn het geen fouten, maar zijn het variaties op elkaar, waar hij uiteindelijk uit kan kiezen.
Mijn andere zoon leert tennissen en daarbij is het al niet veel anders. Ook de bal kun je wel op tienduizend verschillende manieren op je racket krijgen en hier geldt hetzelfde. Proberen, proberen eindeloos uitproberen, zodat je uiteindelijk al die verschillende manieren gevoeld hebt en van daaruit zelf kan bepalen welke slag je maakt.
Wanneer we beginnen met iets nieuws, dan zoeken we eigenlijk direct naar de externe Gouden Standaard. En als we les krijgen, dan vertellen onze docenten onmiddellijk wat de Gouden Standaard is. Dus HOE HET MOET. (Deed ik zelf overigens ook toen ik nog in het onderwijs werkte!) Is het niet veel beter om ons kind zelf die Gouden Standaard te laten zoeken? Pas dan wordt het Authentiek. Niet teveel aantrekken van de NORM… maar het kind direct de vrijheid geven om op onderzoek ut te gaan!